Skip to end of metadata
Go to start of metadata

You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 2 Current »

Op de volgende manier kun je de instellingen van kaartlagen wijzigen:

  1. Zorg dat de juiste themakaart in WGP Beheer is geopend.

  2. Kies optie Kaartlagen uit het Themakaart-menu. Pagina Kaartlagen beheren verschijnt met daarop alle kaartlagen van de huidige themakaart.

  3. Zoek in de Lagenhiërarchie de gewenste kaartlaag op en klik achter de kaartlaag op Wijzigen (tandwielicoon) om de instellingen van de laag te wijzigen. Je gebruikt dit commando ook om de laaginstellingen te bekijken.



    De instellingen voor een WMS-laag en een WFS-laag verschillen. Voor een WMS-kaartlaag of een achtergrondlaag verschijnt de pagina Kaartlaag beheren - Laag wijzigen. Op deze pagina kun je de attributen en de weergave van de kaartlaag veranderen. Zie onderdelen Instellingen van WMS-lagen en Instellingen van achtergrondlagen (WMS-laag).

    Voor een WFS-kaartlaag kun je de instellingen van de laag wijzigen op de pagina Kaartlagen Beheren - Markerlaag (vectorlaag) wijzigen (zie onderdeel Instellingen van WFS-lagen). Hier kun je ook weer de attributen en de weergavestijl van de kaartlaag configureren, maar nu zijn de instellingen van toepassing op de verschillende kaartobjecten (features) waaruit de WFS-laag is opgebouwd. 

    De instellingen van de kaartlagen zijn afhankelijk van het type kaartservice (en dus van de gekoppelde databron). Zo is er een duidelijk verschil tussen kaartlagen uit een WMS-databron en die uit een WFS-bron.

     Voorbeeld instellingen van WMS-kaartlaag ...

    De volgende afbeelding toont een deel van de instellingen van een WMS-kaartlaag (op pagina Kaartlaag beheren - Laag wijzigen).

  4. Wijzig op de verschillende tabbladen een of meer instellingen.

  5. Sla met de knop Opslaan, tussen de tabbladen en de tekst Kaartlagen beheren, de wijzigingen in de laag op.


    Na het opslaan van de kaartlaag, verschijnt pagina Kaartlagen beheren met het lagenoverzicht weer.

  6. Druk, indien van toepassing, in het overzicht achter de laag op Feature-info om vervolgens de opvraagbare informatie van de kaartlaag (feature-info) te configureren. Zie verder onderdeel Feature-info configureren.



  • No labels