null

Skip to end of metadata
Go to start of metadata

You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 52 Next »

Samenvatting


Een kaart biedt ruimtelijke informatie over een bepaald gebied van het aardoppervlak. Elke kaart heeft daarom een verspreidingsgebied (/wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/584810506) en een kaartprojectie. In WebGIS Publisher (WGP) bestaat een kaart in essentie uit een verzameling kaartlagen die alle ruimtelijke informatie leveren en die afkomstig zijn uit een of meer ruimtelijke databronnen (/wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/547487784). In de configuratie van de kaart bepaal je de opeenvolging en de hiërarchische structuur van de kaartlagen, zodat de lagen op de goede manier in de kaart worden weergegeven. Je kunt ook aangeven welke functies er aanwezig moeten zijn om de kaart te raadplegen, te bevragen of eventueel te bewerken en welke kaartattributen, zoals schaalbalk en noordpijl, er op de kaart moeten worden getoond. WGP slaat alle instellingen en componenten van de kaart in een database op en na het opslaan (publiceren) ervan is de kaart door iedereen met voldoende rechten in een kaartviewer te raadplegen.

De eigenschappen van een kaartlaag, zoals de (weergave)stijl en de informatie die je over de laag kunt opvragen (feature-info), configureer je bij de kaartlagen zelf (zie onderdeel Kaartlagen). De toegankelijkheid van een kaart wordt bepaald door de omgeving van de kaart en de rechten om de lagen van de kaart te bekijken of te bewerken (zie onderdeel Autorisatie).





Op pagina Kaarten staat een overzicht van alle beschikbare kaarten. Deze pagina gebruik je voor het beheer van de kaarten. Je kunt hier kaarten toevoegen, bewerken en verwijderen.

Je opent pagina Kaarten met de optie Kaarten van het Kaartinstellingen-menu. De volgende afbeelding toont een voorbeeld van deze pagina:

Pagina Kaarten

Een bestaande kaart kun je raadplegen of bewerken door op pagina Kaarten bij de betreffende kaart op de knop Bewerken te klikken. Een nieuwe kaart maak je aan door op dezelfde pagina op de knop Kaart toevoegen te klikken. Nadat je een kaart hebt aangemaakt, of voor een bestaande kaart Bewerken hebt geselecteerd, verschijnt pagina Kaart met op de tabbladen de verschillende instellingen van de kaart. Met de knop Verwijderen kun je een kaart verwijderen. Zie onderdelen Kaarten - beheren.

In WGP Beheer kun je een kaart beschouwen als een databasetabel met alle instellingen van een thematische digitale kaart die via WGP op het internet beschikbaar wordt gemaakt. Deze instellingen omvatten zaken als het verbreidingsgebied van de kaart (de /wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/584810506), de kaartprojectie (/wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/546504716) en de gegevens die op de kaart worden getoond (in de vorm van een aantal thematische kaartlagen). Ook bepaal je hoe de kaart er in de kaartviewer uit komt te zien en welke functies daar beschikbaar zijn. Een kaart bestaat uit de volgende instellingen en componenten (weergegeven op de tabbladen van pagina Kaart):

  •  Algemene instellingen ...

    De algemene instellingen van de kaart, op tabblad Algemeen, bestaan uit de titel, de projectie, het (maximaal) zichtbare deel van kaart (de extent), een e-mailadres voor contact, een beschrijving van de kaart en de omgeving van de kaart. Deze omgeving bepaalt wie de kaart kan zien en wie de kaart kan beheren. Zie hiervoor onderdeel Informatie.

  •  Kaartlagen ...

    De kaartlagen van de kaart leveren alle ruimtelijke informatie. Alle gegevens die op de kaart te zien zijn zitten in deze kaartlagen. Ieder type gegeven (thema) wordt door een aparte kaartlaag vertegenwoordigd. Op het tabblad Kaartlagen staan alle lagen van de huidige kaart en hier selecteer je de lagen die in de kaart moeten komen. De hiërarchische laagopeenvolging op het tabblad, met lagen en laaggroepen, gebruik je om de volgorde van de kaartlagen vast te leggen en de lagen te groeperen. Deze volgorde bepaalt de zichtbaarheid en selecteerbaarheid van de kaartlaagobjecten (features). Zie onderdeel Kaarten - kaartlagen

  •  Presentatie ...

    De kaartpresentatie bepaalt de manier waarop je de kaart in een kaartviewer presenteert. In WGP Beheer kun je de layout van de kaart regelen en de beschikbare functionaliteit configureren. De kaartpresentatie bestaat uit de volgende onderdelen:

    • Header,
      de balk boven de kaart met knoppen, een zoekfunctie en een keuzemenu.

    • Footer,
      de balk onder de kaart met een copyright-vermelding en een aanduiding van de positie van de muisaanwijzer (uitgedrukt in kaartcoördinaten).
    • Zijbalken,
      de balken rechts of links van de kaart met informatie over de kaartlagen en de geselecteerde kaartobjecten, zoals een overzicht met de volgorde en de zichtbaarheid van de kaartlagen, de opgevraagde informatie over kaartlaagobjecten (feature-info) en de legenda van de lagen.

    Voor meer informatie zie onderdeel Kaart - widgets

  •  Rechten ...

    Tabblad Rechten geeft een overzicht van alle rechten om de lagen van een kaart te mogen bekijken. De laagrechten zijn gekoppeld aan de gebruikersgroepen van WGP en worden per kaartlaag ingesteld (zie onderdeel Kaartlagen). Je ziet in de viewer alleen de lagen van een kaart waarvoor je kijk- of bewerkrechten hebt gekregen. Een kaart zonder zichtbare lagen is zelf ook niet te zien.

    Het overzicht met de laagrechten op tabblad Rechten is er alleen ter informatie. De gegevens zijn alleen-lezen en je kunt de rechten hier dus niet beheren. Dat doe je op het gelijknamige tabblad van de kaartlaaginstellingen (pagina Kaartlaag).

  •  Details ...

    Tabblad Details geeft een compleet overzicht van alle kaartinstellingen. Het geeft bovendien informatie over de relatie tot alle gerelateerde componenten, zoals de omgevingen, groepen, kaartservices en kaartlagen die aan de kaart gekoppeld zijn. Deze informatie is ook alleen-lezen

 Meer informatie over kaartautorisatie

Kaartautorisatie

Voor de kaart geldt autorisatie voor wie de kaart in WGP Beheer kan beheren en voor wie de kaart in een viewer kan bekijken (of bewerken).

Kijkrechten in viewer

De zichtbaarheid van een kaart in de viewer hangt af van de rechten van de lagen die in de kaart zitten en van de omgeving van de kaart. Wanneer een gebruiker een of meer lagen van die kaart mag bekijken, dan heeft deze persoon ook in de viewer toegang tot de kaart. De individuele laagrechten bepalen welke gebruikersgroep een bepaalde laag van de kaart kan zien.

 Info laagrechten en zichtbaarheid kaart

Omdat de kaart en de lagen van een kaart in dezelfde omgeving zitten, zal een gebruiker die het recht heeft om een laag van een kaart te zien ook toegang hebben tot die kaart. De kijkrechten van een laag kunnen namelijk alleen toegewezen worden aan de gebruikersgroepen die gekoppeld zijn aan de laagomgeving. 

Welke lagen de gebruiker in de kaart kan zien, is afhankelijk van de individuele laagrechten. De kaartlagen van een kaart zijn afzonderlijk geautoriseerd en de kaart toont alleen de lagen waarvoor een gebruiker kijk- of bewerkrechten bezit. Voor elke gebruikersgroep in de omgeving van de kaartlaag wordt apart aangegeven of die groep de laag mag zien of zowel zien als bewerken. Kaartlagen kunnen ook publiek toegankelijk zijn, hetgeen inhoudt dat iedereen die de kaart kan zien ook deze 'publieke' lagen kan zien. Publieke lagen van een kaart in een publieke omgeving zijn dus voor iedereen in de viewer te zien, ook voor onaangemelde gebruikers. Een kaart zonder zichtbare lagen, is niet in de viewer te zien. 


Autorisatie beheer

Een beheerder moet in een gebruikersgroep zitten waarvan de rol Beheerder is geselecteerd. Hij heeft met deze rol toegang tot WGP Beheer. Hier kan de beheerder alle kaarten beheren die in de omgevingen zitten van de beheergroepen waartoe hij behoort. Bij het samenstellen van een kaart, kan een beheerder uit alle lagen kiezen die in de omgeving van de kaart zitten.   

 Info autorisatie kaartservices

Voor het beheer van de kaartservices die gebruikt worden door de kaartlagen van een kaart, is het soms noodzakelijk dat een beheerder via zijn beheergroepen in verschillende omgevingen moet zitten. De kaartservices kunnen namelijk aan meerdere omgevingen gekoppeld zijn en alleen een beheerder die in alle omgevingen van een service zit is geautoriseerd om deze service te beheren. Beheerders die in slecht één omgeving van de kaartservice zitten, kunnen deze service wel zien en gebruiken.

De volgende pagina's beschrijven hoe je kaartlagen beheert en configureert:

 Locatie van pagina in handleiding



 

 Metadata
Datum
  
Door
Status
CONCEPT
ReleaseWGP 5.0.0

2018 - Nieuwland Geo-informatie ©


  • No labels