| Background Color | ||||
|---|---|---|---|---|
| ||||
Samenvatting |
| Background Color | |||
|---|---|---|---|
| |||
WGP is een webapplicatie voor het beheren en raadplegen van thematische kaarten die als een webservice op het internet zijn gepubliceerd.
|
| Table of Contents | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Wat zijn themakaarten?
In WebGIS Publisher (WGP) kun je een themakaart beschouwen als een configuratiebestand dat alle instellingen bevat van een thematische kaart die met WGP op het internet wordt gezet, zoals het verbreidingsgebied van de kaart (de extent), de kaartprojectie
De eigenschappen van een kaartlaag, zoals de (weergave)stijl en de informatie die je over de laag kunt opvragen (feature-info), configureer je bij de kaartlagen zelf (zie onderdeel Kaartlagen). De toegankelijkheid van een kaart wordt bepaald door de omgeving van de kaart en de rechten om de lagen van de kaart te bekijken of te bewerken (zie onderdeel Autorisatie).
|
Op pagina Kaarten staat een overzicht van alle beschikbare kaarten. Deze pagina gebruik je voor het beheer van de kaarten. Je kunt hier kaarten toevoegen, bewerken en verwijderen.
Je opent pagina Kaarten met de optie Kaarten van het Kaartinstellingen-menu. De volgende afbeelding toont een voorbeeld van deze pagina:
Een bestaande kaart kun je raadplegen of bewerken door op pagina Kaarten bij de betreffende kaart op de knop Bewerken te klikken. Een nieuwe kaart maak je aan door in het hoofdmenu onder de link Kaarten te kiezen voor Kaart toevoegen. Nadat je een kaart hebt aangemaakt, of voor een bestaande kaart Bewerken hebt geselecteerd, verschijnt pagina Kaart met op de tabbladen de verschillende instellingen van de kaart. Met de knop Verwijderen kun je een kaart verwijderen. Zie onderdelen Kaarten - beheren - archief.
In Onemap Beheer kun je een kaart beschouwen als een databasetabel met alle instellingen van een thematische digitale kaart die via Onemap op het internet beschikbaar wordt gemaakt. Deze instellingen omvatten zaken als het verbreidingsgebied van de kaart (de /wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/584810506), de kaartprojectie (/wiki/spaces/HandleidingWGP5/pages/546504716) en de gegevens die op de kaart worden getoond (in de vorm van een aantal thematische kaartlagen). Ook bepaal je hoe de kaart er in
een kaartpresentatiede kaartviewer uit komt te zien en welke functies daar beschikbaar zijn.
Voordat je in WGP Beheer een nieuwe kaart kunt aanmaken of een bestaande kaart kunt wijzigen, moet je eerst een themakaart openen. Dit kan een bestaande kaart zijn of een nieuwe kaart. Bestaande kaarten open je door op pagina Kaarten voor de betreffende kaart op Bewerk te klikken.De volgende afbeelding toont het Kaart-menu van de kaart Testkaart en ook een deel van pagina Kaart bewerken met de algemene instellingen van deze kaart:
Een themakaart bestaat uit de volgende instellingen en componenten:
KaartinstellingenDe algemene instellingen van de themakaart, zoals de naam, de titel, de kaartprojectie, het maximaal
Een kaart bestaat uit de volgende instellingen en componenten (weergegeven op de tabbladen van pagina Kaart):
. Zie hiervoor onderdeel Kaartinstellingen.KaartlagenExpand title Instellingen ... De instellingen van de kaart, op tabblad Algemeen, bestaan uit de titel, de projectie, het (maximaal) zichtbare deel van kaart (de extent)
De thematische, een e-mailadres voor contact, een beschrijving van de kaart en de omgeving van de kaart. Deze omgeving bepaalt wie de kaart kan zien en wie de kaart kan beheren. Zie hiervoor onderdeel Informatie. Bij het tabblad thema kan worden bepaald hoe de kaart in het kaartoverzicht wordt getoond.
worden afgebeeldExpand title Kaartlagen ... De kaartlagen van de kaart leveren alle ruimtelijke informatie. Alle gegevens die op de kaart
opgenomente zien zijn
Je kunt bepaalde lagen als ondergrond van de kaart gebruiken. De lagenhiërarchiezitten in deze kaartlagen. Ieder type gegeven (thema) wordt door een aparte kaartlaag vertegenwoordigd.
kaartobjecten van de verschillende kaartlagen.Bij Kaartlagen staan alle lagen van de huidige kaart en hier selecteer je de lagen die in de kaart moeten komen. De hiërarchische laagopeenvolging op het tabblad, met lagen en laaggroepen, gebruik je om de volgorde van de kaartlagen vast te leggen en de lagen te groeperen. Deze volgorde bepaalt de zichtbaarheid en selecteerbaarheid van de
Presentatie
De kaartpresentatie bepaalt de manier waarop je de kaart presenteert, zoals in een WGP Viewer of als een widget. Voor tablets is een aparte Mobiele viewer beschikbaar. In WGP Beheer kun je de lay-out en de beschikbare functionaliteit van deze presentatievormen afzonderlijk configureren. Zie onderdeel Presentaties.Info title Opmerking Presentatie App is als WGP add-on beschikbaar en wordt gebruikt voor de presentatie van de kaarten in WebGIS App
Autorisatie van de kaart
Informatie over de kaartautorisatie, wie de kaart mag zien, staat vermeld op pagina Rechten. Je opent deze pagina met de optie Rechten van het Kaart-menu.
kaartlaagobjecten (features). Zie onderdeel Kaarten - kaartlagen - archief.
Expand title Zoeken Bij zoeken beheer de je afzonderlijke zoekconfiguraties die voor de kaartlagen zijn geconfigureerd. Hier wordt bepaald of deze zoekconfiguratie in de kaart getoond wordt of niet. Zie hiervoor ook Kaartlagen - zoeken - archief.
Expand title Filters Onder filters worden de filter functionaliteiten die bij de afzonderlijke kaartlagen zijn ingericht beheerd. Ze kunnen hier aan de kaart worden toegevoegd. Zie ook Kaartlagen - filters - archief.
Expand title Widgets Onder widgets kunnen diverse kaartfunctionaliteiten worden aan- of uitgezet. Bepaal hier of de kaart een onder- en/of bovenbalk zal hebben. De afzonderlijke widgets zijn werkbalken, titel, logo, hamburgermenu, zoekbalk, schaal, xy-positie, copyrightvermelding, en de timeslider. Hier kan worden bepaald of deze zichtbaar zullen zijn in de kaart en zo ja waar.
Voor meer informatie zie onderdeel Kaart - widgets - archiefExpand title Werkbalken Onder werkbalken kunt u de werkbalken en de samenstelling ervan inrichten. Werkbalken zijn is essentie knoppen waarmee in de kaart kan worden genavigeerd, lagen kunnen worden bewerkt, features worden geselecteerd en bijvoorbeeld afstand of oppervlakte in de kaart kan worden gemeten. Zie ook Kaarten - werkbalken - archief.
Expand title Zijbalken Onder Zijbalken kan worden bepaald waar de afzonderlijke kaartfuncties zoals Feature-info, zoeken filters, de lagenboom en dergelijke worden gepresenteerd, Dat kan in de linkerzijbalk, de rechterzijbalk of ze kunnen niet worden getoond. Zie ook Kaarten - zijbalken - archief.
Expand title Rechten ... Tabblad Rechten geeft een overzicht van alle rechten om de lagen van een kaart te mogen bekijken. De laagrechten zijn gekoppeld aan de gebruikersgroepen van Onemap en worden per kaartlaag ingesteld (zie onderdeel Kaartlagen). Je ziet in de viewer alleen de lagen van een kaart waarvoor je kijk- of bewerkrechten hebt gekregen. Een kaart zonder zichtbare lagen is zelf ook niet te zien.
Info Het overzicht met de laagrechten op tabblad Rechten is er alleen ter informatie. De gegevens zijn alleen-lezen en je kunt de rechten hier dus niet beheren. Dat doe je op het gelijknamige tabblad van de kaartlaaginstellingen (pagina Kaartlaag).
Expand title Details ... Tabblad Details geeft een compleet overzicht van alle kaartinstellingen. Het geeft bovendien informatie over de relatie tot alle gerelateerde componenten, zoals de omgevingen, groepen, kaartservices en kaartlagen die aan de kaart gekoppeld zijn. Deze informatie is ook alleen-lezen.
Expand title Historie Onder historie wordt getoon wie de kaart heeft aangemaakt.
| Expand | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| |||||
KaartautorisatieVoor de kaart geldt autorisatie voor wie de kaart in Onemap Beheer kan beheren en voor wie de kaart in een viewer kan bekijken (of bewerken). Kijkrechten in viewerDe zichtbaarheid van een kaart in de viewer hangt af van de rechten van de lagen die in de kaart zitten en van de omgeving van de kaart. Wanneer een gebruiker een of meer lagen van die kaart mag bekijken, dan heeft deze persoon ook in de viewer toegang tot de kaart. De individuele laagrechten bepalen welke gebruikersgroep een bepaalde laag van de kaart kan zien.
|
Toevoegen van een kaart
Je kunt op de volgende manier een kaart aan een omgeving toevoegen:
- Open pagina Kaarten met de gelijknamige optie uit het hoofdmenu.
- Klik Kaart toevoegen. Pagina Kaart toevoegen verschijnt.
- Vul de instellingen van de kaart in. Zie onderdeel Kaartinstellingen.
- Selecteer een omgeving. Je kunt daarbij alleen uit de omgevingen kiezen die aan jouw gebruikersgroep zijn gekoppeld.
- Geef aan of de kaart in de app of in de viewer te zien moet zijn.
- Klik Opslaan.
Nadat je de kaart hebt aangemaakt kun je hem met de opties van het Kaart-menu verder configureren. Zie onderdeel Bewerken van een kaart.
Bewerken van een kaart
Nadat je een nieuwe kaart hebt aangemaakt of tijdens het bewerken van een kaart, is die kaart de actieve of huidige kaart. Met de opties van het Kaart-menu aan de linkerkant van het scherm kun je de geopende kaart configureren en een eerdere configuratie aanpassen.
| Info |
|---|
Op pagina Kaarten kun je een bestaande kaart openen door naast de kaart op Bewerk te klikken. |
Je kunt met de opties uit het Kaart-menu de volgende aspecten van de kaart configureren:
Algemeen
Algemene kaartinstellingen, zoals de titel, kaartprojectie, of het gebied van de kaart (extent). Deze instellingen heb je al geconfigureerd bij het aanmaken van de kaart, maar je kunt ze naderhand weer wijzigen. Zie onderdeel Algemene kaartinstellingen.
| Warning | ||
|---|---|---|
| ||
Pas op met het veranderen van de omgevingen en de kaartprojectie. Door deze wijzigingen kunnen kaartlagen die eerder in de kaart verschenen niet meer beschikbaar zijn |
- Kaartlagen aan de kaart toevoegen.
- De volgorde van de kaartlagen die aan de kaart zijn toegevoegd en de hiërarchische structuur van deze opeenvolging.
- Header
de inrichting van kaartattributen boven de kaart (in de bovenbalk of header), zoals een noordpijl, een overzichtkaartje of een navigatietool. - Footer
de inrichting van de kaartattributen onder de kaart (in de benedenbalk of footer). De benedenbalk bevat kaartattributen zoals ... - Zijbalk
de inrichting van de panelen náást de kaart (in een zijbalk) met daarin bijvoorbeeld de kaartlagen, een legenda, favoriete kaartbeelden of tools om te zoeken en te filteren.
Een overzicht van welke gebruikersgroepen welke kaartlagen kunnen zien. All geeft aan dat alle lagen voor de betreffende gebruikersgroep zichtbaar zijn.
Zie ook
Autorisatie beheerEen beheerder moet in een gebruikersgroep zitten waarvan de rol Beheerder is geselecteerd. Hij heeft met deze rol toegang tot Onemap Beheer. Hier kan de beheerder alle kaarten beheren die in de omgevingen zitten van de beheergroepen waartoe hij behoort. Bij het samenstellen van een kaart, kan een beheerder uit alle lagen kiezen die in de omgeving van de kaart zitten.
|
De volgende pagina's beschrijven hoe je kaartlagen beheert en configureert:
Child pages (Children Display) all true style h5 excerptType simple
| Page Properties | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||||
|
Locatie van pagina
Eruit gegooid: Voor een laag kun je de weergavestijl definiëren en de informatie configureren die je over de objecten van die laag kunt opvragen (feature-info). Dit regel je bij de configuratie van de laag. Uit samenvatting gegooid: "Onemap is een webapplicatie voor het beheren en raadplegen van thematische kaarten die als een webservice op het internet zijn gepubliceerd. " Eruit gegooid onderdeel kaartlagen: Je kunt bepaalde lagen als ondergrond van de kaart gebruiken door de lagen onderin de laagopeenvolging te zetten. |
| Expand | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||
|
|
|
| Expand | ||
|---|---|---|
| ||
|
|
|
|