Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.


Background Color
color#0a0050
id1

Samenvatting


Background Color
color#efefef

WGP Onemap Beheer is de beheermodule van WGP waarmee je de themakaarten samenstelt, configureert en op het internet publiceert. Je gebruikt de module ook voor het onderhoud van gepubliceerde kaarten en voor het beheer van databronnen, werkomgevingen, autorisatie en gebruikers.

Image Removed

WebGIS Publisher (WGP)


Image Added

Onemap bestaat uit een beheermodule (WGP Beheereen beheermodule, een raadpleegmodule(Viewer) en een  raadpleegmodule (WGP Viewer)portaal. Met de beheermodule stel je de thematische kaarten samen en publiceer je de kaarten op het internet. Je bepaalt in deze module welke gegevens en welke gebieden op de kaarten te zien zijn. De module is geïmplementeerd als webapplicatie. Dit wil zeggen dat je een webbrowser gebruikt, zoals Firefox of zoals Firefox of Chrome, om de applicatie te gebruiken.

Attentie! 



Warning
titleLet op!

Je moet in

 WGP Beheer

 Onemap niet tegelijkertijd meerdere kaarten openen op verschillende tabbladen van de webbrowser. Hierdoor kunnen wijzigingen in de ene kaart opgeslagen worden in een andere kaart.


Algemene werkwijze

De algemene werkwijze voor het publiceren van nieuwe kaarten vanuit de beheermodule WGP Beheer Onemap is als volgt:

WGP
  1. Starten
    Start webapplicatie

 
  1.  Onemap Beheer door het internetadres (URL) van de beheermodule in je webbrowser op te geven. Meld je vervolgens aan bij

WGP
  1. Onemap. Je hebt hiervoor een gebruikersnaam en een wachtwoord nodig en voldoende rechten om de beheertaken te kunnen verrichten.

Opmerking
Bij sommige installaties van WGP word je automatisch aangemeld.

Zie onderdeel Starten WGP Beheer.

  • Themakaart
    Maak een nieuw themakaart aan of open een bestaande themakaart. Een themakaart is in WGP een configuratiebestand waarin je een kaart definieert door aan te geven welke gegevens en welk gebied je op het internet als kaart wilt publiceren. Je bepaalt in de configuratie van een kaart ook de autorisatie en presentatie van de kaart en welke functies er beschikbaar zijn.

    Zie onderdeel Themakaarten.

  • Databronnen
    Geef aan welke databronnen je gaat gebruiken. De databronnen zijn
    1. Elke gebruiker is gekoppeld aan een of meer omgevingen. Zie onderdeel Aanmelden en afmelden.

    2. Kaartservices
      Voeg kaartservices aan je omgeving toe. Dit zijn de webservices die (geografische) gegevens beschikbaar stellen en waaruit je de data haalt om kaartlagen te maken die je aan een kaart kunt toevoegen. Je kunt verschillende typen
    databronnen
    1. kaartservices gebruiken,
    zoals WMS, WFS, Google, OpenStreetMap en PostGIS
    1. zoals WMS, of  WFS. Elk van deze
    databrontypen
    1. servicetypen gebruikt een eigen protocol voor het
    uitleveren
    1. serveren van de gegevens.
    Zie onderdeel Databronnen beheren
    1. Zie onderdeel Kaartservices.

    2. Kaartlagen
    Selecteer de kaartlagen
    1. Voeg uit de beschikbare
    databronnen. Een kaartlaag geeft de verspreiding van een thema of fenomeen weer, zoals wegen, nationale parken of meetpunten. Bij de configuratie van de kaartlagen bepaal je de volgorde van de lagen (lagenhiërarchie) en op welke manier je over de lagen informatie kunt opvragen. Je kunt ook kaartlagen selecteren die als achtergrond worden gebruikt, bijvoorbeeld een topografische kaart of een satellietfotokaart om aan te geven waar iets zich bevindt. De weergegeven objecten van de achtergrondlagen zijn niet te selecteren.

    Zie onderdeel Kaartlagen beheren.

    Presentatie
    Configureer de manier waarop de kaart wordt gepresenteerd op het internet, in een viewer of een widget. Met deze configuratie bepaal je welke functies er beschikbaar zijn om de kaart te raadplegen of te printen. Er is ook een aparte Mobiele viewer voor tablets. Voor het aanmaken van verschillende widgets kun je eigen 'presentatieprofielen' aanmaken.

    Zie onderdeel Kaartpresentaties
    1. kaartservices, dit hoeven niet alleen de zelf aangemaakte te zijn, de lagen toe die je in de kaart wilt gaan gebruiken. De lagen dienen aan een van de omgevingen van de service gekoppeld te zijn. Configureer de lagen en bepaal welke gebruikersgroepen de lagen mogen zien (en eventueel mogen bewerken). De configuratie van de laag omvat onder meer zaken als de weergavestijl van de kaartobjecten, de op te vragen laaginformatie (feature-info) en de metadata. Zie onderdeel Kaartlagen.

    2. Kaart
      Maak een nieuwe kaart aan en definieer de kaart door kaartlagen toe te voegen en de kaartpresentatie te configureren. De autorisatie voor de zichtbaarheid van de kaart wordt bepaald door de omgeving van de kaart en wie er de lagen van de kaart mag zien. Zie onderdeel Kaarten.

    3. Publiceren
      Publiceer de kaart op het web. Hierna is de interactieve themakaart die je in

    WGP hebt
    1. Onemap hebt gedefinieerd op het internet of een intranet als webpagina beschikbaar. Je kunt de kaart raadplegen door in een webbrowser het juiste URL-adres op te geven of door de kaart uit het kaartenoverzicht van WGP te selecteren.

    Zie onderdeel
    1.  

    Algemene knoppen en commando's.

    Naderhand kun je in de beheermodule alle instellingen van een kaartproject kaart weer opvragen en aanpassen. Zo kun je bijvoorbeeld nieuwe kaartlagen toevoegen, databronnen services veranderen en de opmaak van de kaart wijzigen. Eventueel kun je aan de kaart nog zoeklijsten, formulieren of filters toevoegen

    Omgevingen en autorisatie

    In Onemap regel je de autorisatie van de kaarten en kaartlagen met behulp van omgevingen en gebruikersgroepen. Zowel kaarten, lagen, bronnen (services) als gebruikersgroepen zijn gekoppeld aan omgevingen. De gebruikers zijn ingedeeld in gebruikersgroepen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen groepen met de rol Beheerder met toegang tot Onemap Beheer en groepen zonder die rol die niet deze beheermodule kunnen gebruiken.

    Een gebruiker kan een service, laag of kaart beheren als die gebruiker tot een beheergroep behoort die gekoppeld is aan alle omgevingen van de te beheren service, laag of kaart. Indien een gebruiker niet alle omgevingen van een service bezit, maar wel minstens één, dan kan deze gebruiker de service wel gebruiken bij het samenstellen van een laag, maar de service zelf niet wijzigen. Indien een gebruiker niet alle omgevingen van een laag bezit, kan die de laag wel toevoegen aan een kaart, maar de laag zelf niet wijzigen. 

    Een gebruiker kan een kaart in de viewer zien als de omgeving van zijn groep overeenkomt met die van de kaart. Voor de zichtbaarheid van de kaartlagen zijn deze apart geautoriseerd, waarbij een gebruiker de laag kan zien als een groep waartoe hij behoort bij de laagrechten is geselecteerd. Indien een kaart alleen lagen bevat die voor de gebruiker onzichtbaar zijn, zal de hele kaart niet te zien zijn.


    Zie ook

    Child pages (Children Display)
    alltrue
    pageIntroductie


    Page Properties
    hiddentrue
    iduser_doc


    Versie WGP

    5.0

    Build0000
    Laatste wijzigingPagina aangemaakt.



    Datum wijziging

    22 11 2017

    DoorRieks van der Straaten (Unlicensed)


    Related issues



    Locatie van pagina


    Page Tree
    expandCollapseAlltrue
    rootHandleiding WGP Onemap Beheer - versie 5.0
    searchBoxtrue

     

    Metadata


    Datum

    22 11 2017


    Door
    Status

    Status
    subtletrue
    colourRed
    titleINITIËEL

    Release

    WGP 5.0



    Copyright

    Nieuwland Geo-Informatie