Skip to end of metadata
Go to start of metadata

You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 10 Next »

Bij het aanmaken of wijzigen van databronnen kun je de instellingen van de databron invullen. Bij het aanmaken van een databron zijn de velden Naam, Titel en Soort verplicht. De velden Naam en Soort zijn naderhand niet meer te wijzigen.  De beschikbaarheid van de databronsoorten kan afhankelijk zijn van de kaartprojectie en voor de meeste is het invullen van de URL van de kaartservice verplicht. Voor een aantal databronsoorten is een URL-adres echter niet vereist, bijvoorbeeld bij PDOK achtergrondenGoogle, Bing of OpenStreetMap. Afhankelijk van het soort databron kunnen de (verplichte) velden verschillen. 

 De volgende tabel geeft een korte omschrijving van de verschillende databroninstellingen:

Naam

De naam van de databron. De naam wordt alleen voor beheerdoeleinden gebruikt.

Attentie!

De naam van een databron mag geen + bevatten. Na het aanmaken van de databron is het veld Naam niet meer te wijzigen omdat WGP de naam als unieke identificatie van de databron gebruikt.

Tekst
of
Alleen lezen

Titel

De titel van de databron. De titel wordt voor de weergave van de databron in de gebruikersinterface gebruikt en omvat meestal een korte verklarende tekst die aangeeft om welke gegevensbron het gaat.

Tekst

Soort

Het type databron dat je gebruikt. Selecteer een brontype uit de lijst.

Afhankelijk van het gekozen type toont WGP Beheer extra opties die bronspecifiek zijn. Voor die opties dien je het nodige in te vullen, zoals:

  • een URL-adres of de naam van een server,
  • een sleutelwaarde (API key),
  • een poortnummer,
  • database,
  • authenticatie-gegevens,
  • databaseschema.

Zie onderdeel Databronsoorten voor een beschrijving van de verschillende types gegevensbronnen.

Attentie!

Na het opslaan van de nieuwe databron is het veld Soort niet meer te wijzigen.

De geselecteerde kaartprojectie bepaalt welke databronnen beschikbaar zijn. Wanneer je voor de huidige kaart bijvoorbeeld de projectie RD (EPSG:28992) hebt opgegeven, zul je hier geen Google-databron kunnen selecteren omdat Google deze projectie niet ondersteunt.

Keuze-lijst

of

Alleen lezen
API Key
(alleen Google en Bing)

De API-sleutel voor de services van Bing Maps of Google MapsVoor het gebruik van de Google Maps Platform services is een geldige API-sleutel vereist. Het veld API Key is daarom voor databronsoort Google verplicht. 

 Meer informatie over API-key van Google ...

Voor het gebruik van de Google Maps Platform services (waaronder Google Maps en Google Street View) is een geldige API-sleutel vereist. In WGP wordt deze service vertegenwoordigt door databronsoort 'Google'. Het veld API key is van te voren al ingevuld met de sleutel die voor de WGP-server is geconfigureerd. Het vooraf ingevulde veld API Key kan door een eigen sleutel overschreven worden. Wanneer je het veld echter leeg maakt en de databron probeert op te slaan, verschijnt er een foutmelding. Ook bij het openen van een kaart met een Google-databron zonder API-sleutel of bij het controleren van de databronnen van zo'n kaart, verschijnt er een melding dat de sleutel ontbreekt.

De beheerder van WGP is zelf verantwoordelijk voor de API-sleutel voor de Google Maps Platform services. De beheerder moet zelf een API-sleutel aanvragen en er voor zorgen dat deze goed afgeschermd is. Zie voor meer informatie de 'best practices' van Google: https://developers.google.com/maps/api-key-best-practices.

Je kunt in WGP Beheer, bij de instellingen van de WGP-server, zelf je API-sleutel invullen of veranderen (Beheer > Instellingen > categorie Algemeen > instelling google_api_key).

Deze optie is alleen beschikbaar voor services van Bing Maps of Google Maps (databronsoorten 'Google' en 'Bing'). 

Tekst
Servertype
(WMS, WFS en WFST)

Het type kaartserver van een WMS- of WFS(T)-databron. Je kunt hier kiezen uit de volgende typen:

  • ArcGISServer
    selecteer de waarde 'ArcGISServer' als de bron uit een ArcGIS Server bestaat.

  • OgcServer
    selecteer de waarde 'OgcServer' als de bron uit een kaartserver bestaat die zich strikt aan de specificaties van Open Geospatial Consortium (OGC) houdt. Servertype OgcServer levert een databron op die voldoet aan alle vereisten van OGC en is nodig om de services van MapServer te ondersteunen. 

    WGP ondersteunt OGC-filters mits de laag uit een databron afkomstig is die als servicetype ‘OgcServer’ heeft. 

  • Auto
    selecteer voor kaartserver GeoServer de waarde 'Auto'. 

WGP heeft bijvoorbeeld het servertype nodig om de feature-info van de kaartlagen op te kunnen vragen. De standaard waarde van deze instelling is 'Auto'. 

Keuzelijst
Voorkeursversie 
(WMS, WFS en WFST) 

De versie van de WMS- of WFS(T)-service die je voor het aanvragen van een laag bij voorkeur gebruikt. Je kunt kiezen uit de de volgende versies:

  • WMS
    • 'Auto' (is 1.1.1)
    • 1.1.1
    • 1.3.0

  • WFS en WFST
    • 2.0.0 (standaard)
    • 1.1.0

Met de knop Test kun je uitproberen of de kaartserver de opgegeven versie ondersteunt.

Keuzelijst
Extern beschikbaar?

Optie om aan te geven dat deze databron in de WGP Viewer (of een andere kaartpresentatie) beschikbaar moet zijn om hieruit kaartlagen te kunnen selecteren. Je gebruikt in de viewer hiervoor de optie Toevoegen kaartlaag van het kaartmenu. 

De optie Toevoegen kaartlaag van het kaartmenu of de knop Externe kaartlaag toevoegen in paneel Kaartlagen is alleen beschikbaar als bij de presentatie-instellingen selectievakje Externe kaartlagen op tabblad Zijbalken is geselecteerd en op tabblad Algemeen het kaartmenu of op tabblad Zijbalken paneel Kaartlagen ingeschakeld is (zie onderdeel Presentatie-instellingen).

Selectie-vakje

Aanvraagtype
(alleen WFS en WFST)

Deze instelling gebruik je om in een verzoek aan een WFS-kaart server van het type GeoServer een groot aantal coördinaten of fea tures mee te kunnen geven. Je kunt zo filteren met complexe geometrieën of operaties uitvoeren met veel geselecteerde features (downloaden of feature-info opvragen).

Instelling Aanvraagtype is alleen beschikbaar voor WFS- en WFST-lagen en aanvraagtype 'PostForm' is een non-standaard manier van communiceren die onder meer te gebruiken is voor GeoServer.

Het Aanvraagtype kan de volgende twee waarden hebben:

  • Get
    De aanvraag vindt op de oude manier plaats met een Get-methode waarbij alle informatie over de aanvraag als URL-parameters naar de kaartserver worden gestuurd. De maximum lengte van de URL vormt hier een beperking voor het aantal coördinaten en features die in de aanvraag verstuurd kunnen worden. Dit aanvraagtype is voor alle kaartservers te gebruiken die WGP ondersteunt.
  • PostForm
    De aanvraag vindt plaats via een PostForm-methode waarbij alle informatie over de aanvraag afzonderlijk van de aanvraag naar de kaartserver verstuurd wordt. De maximum lengte van de URL vormt hier geen beperking meer. Dit aanvraagtype werkt voor kaartserver GeoServer.

Keuzelijst
Databron controleren bij opslaan

Optie om aan te geven dat de huidige databron voordat hij wordt opgeslagen gecontroleerd dient te worden.

Bij deze controle test WGP of de verbindingen met de gegevensbron in orde zijn en of het ingevulde URL-adres of computernaam correspondeert met een server waarop een geldige kaartservice (of database-service) beschikbaar is. Wanneer de databron niet in orde blijkt te zijn, verschijnt er een foutmelding en kan de databron niet worden opgeslagen.

Om databron-configuraties toch op te kunnen slaan wanneer de betreffende gegevensbron (tijdelijk) niet beschikbaar is, kun je deze optie uitschakelen.

Selectievakje

Vorige versie van deze pagina: Versie 4.5.0

  • No labels