Overzicht beheermodule

WebGIS Publisher (WGP) bestaat uit een beheermodule (WGP Beheer) en een raadpleegmodule (WGP Viewer). Met de beheermodule stel je de thematische kaarten samen en publiceer je de kaarten op het internet. Je bepaalt in deze module welke gegevens en welke gebieden op de kaarten te zien zijn. De module is geïmplementeerd als webapplicatie. Dit wil zeggen dat je een webbrowser gebruikt, zoals Firefox of Chrome, om de applicatie te gebruiken. 

Attentie!

Je moet in WGP Beheer niet tegelijkertijd meerdere kaarten openen op verschillende tabbladen van de webbrowser. Hierdoor kunnen wijzigingen in de ene kaart opgeslagen worden in een andere kaart.

De algemene werkwijze voor het publiceren van nieuwe kaarten vanuit de beheermodule WGP Beheer is als volgt:

  1. Starten
    Start webapplicatie WGP Beheer door het internetadres (URL) van de beheermodule in je webbrowser op te geven. Meld je vervolgens aan bij WGP. Je hebt hiervoor een gebruikers naam en een wachtwoord nodig en voldoende rechten om de beheertaken te kunnen verrichten. Zie onderdeel Starten en aanmelden WGP Beheer.

    Opmerking

    Bij sommige installaties van WGP word je automatisch aangemeld.

  2. Themakaart
    Maak een nieuw themakaart aan of open een bestaande themakaart. Een themakaart is in WGP een configuratiebestand waarin je een kaart definieert door aan te geven welke gegevens en welk gebied je op het internet als kaart wilt publiceren. Je bepaalt in de configuratie van een kaart ook de autorisatie en presentatie van de kaart en welke functies er beschikbaar zijn. Zie onderdeel Themakaarten.

  3. Databronnen
    Geef aan welke databronnen je gaat gebruiken. De databronnen zijn webservices die (geografische) gegevens beschikbaar stellen. Je kunt verschillende typen databronnen gebruiken, zoals WMS, WFS, WMTSPDOK achtergronden, GoogleOpenStreetMap en PostGIS. Elk van deze databrontypen gebruikt een eigen protocol voor het uitleveren van de gegevens. Zie onderdeel Databronnen beheren.

  4. Kaartlagen
    Selecteer de kaartlagen uit de beschikbare databronnen. Een kaartlaag geeft de verspreiding van een thema of fenomeen weer, zoals wegen, nationale parken of meetpunten. Bij de configuratie van de kaartlagen bepaal je de volgorde van de lagen (lagenhiërarchie) en op welke manier je over de lagen informatie kunt opvragen. Je kunt ook kaartlagen selecteren die als achtergrond worden gebruikt, bijvoorbeeld een topografische kaart of een satellietfotokaart om aan te geven waar iets zich bevindt. De weergegeven objecten van de achtergrondlagen zijn niet te selecteren. Zie onderdeel Kaartlagen beheren.

  5. Presentatie
    Configureer de manier waarop de kaart wordt gepresenteerd op het internet, in een viewer of een widget. Met deze configuratie bepaal je welke functies er beschikbaar zijn om de kaart te raadplegen of te printen. Er is ook een aparte Mobiele viewer voor tablets. Voor het aanmaken van verschillende widgets kun je eigen 'presentatieprofielen' aanmaken. Zie onderdeel Kaartpresentaties.

  6. Publiceren
    Publiceer de kaart op het web. Hierna is de interactieve themakaart die je in WGP hebt gedefinieerd op het internet of een intranet als webpagina beschikbaar. Je kunt de kaart raadplegen door in een webbrowser het juiste URL-adres op te geven of door de kaart uit het kaartenoverzicht van WGP te selecteren. Zie onderdeel Knoppen voor algemene kaarttransacties.

Naderhand kun je in de beheermodule alle instellingen van een kaartproject weer opvragen en aanpassen. Zo kun je bijvoorbeeld nieuwe kaartlagen toevoegen, databronnen veranderen en de opmaak van de kaart wijzigen. Eventueel kun je aan de kaart nog zoeklijsten, formulieren of filters toevoegen.


Vorige versie van deze pagina: Versie 4.6.0