Bij de WMS-lagen kun je objectinformatie (feature-info) opvragen door op de locatie van het object te klikken (aanklikinformatie of on-click feature-info). De kaartservice stuurt hierna de object informatie op van de aangeklikte locatie. Bij WFS-lagen, met individueel benaderbare objecten, kun je informatie opvragen door een object te selecteren (aanklikinformatie) of aan te wijzen (aanwijsinformatie of on-hover feature-info).
Aanwijzen betekent dat je zonder te klikken de muisaanwijzer boven de locatie van het object plaatst.
Wanneer je ook informatie over de kaartlaagobjecten (feature-info) wilt kunnen opvragen is nog een kleine wijziging in de kaartlaaginstellingen nodig.
Configuratie aanklikinformatie
Op de volgende manier schakel je de aanklikinformatie van een WMS-laag in:
- Klik op pagina Kaartlagen beheren bij de kaartlaag '
Rijksmonumenten' op Feature-info. De pagina Configureren feature-info verschijnt. Selecteer bij Feature-info type 'text/html' (informatie in HTML-formaat). Merk op dat voor dit type feature-info nauwelijks instellingen beschikbaar zijn.
Met het standaard type '
GML-formaat' is de feature-info in een HTML-template helemaal naar je eigen voorkeur in te richten, maar dat kost even wat meer tijd. Daarom kiezen we voor het type 'HTML-formaat' (text/html), waarvoor je verder niets hoeft te configureren. Je bent dan wel afhankelijk van hoe de kaartservice de informatie presenteert.- Klik op Opslaan.
- Herhaal dit voor kaartlaag '
Stads- en Dorpsgezichten'. Verander ook voor deze laag Feature-info type in 'text/html' (HTML-formaat). Sluit weer af door op Opslaan te klikken.
Configuratie aanwijsinformatie
Op de volgende manier schakel je de aanwijsinformatie van een WFS-laag in:
- Klik op pagina Kaartlagen beheren bij de kaartlaag 'Werelderfgoed' op Feature-info. De pagina Configureren feature-info verschijnt.
- Selecteer optie Inschakelen Feature-info on-hover.
Onder de optie verschijnt een tekstveld en een keuzelijst met attributen. Hiermee kun je aangeven welke informatie je wilt tonen wanneer je een object van de WFS-laag met de muis aanwijst. In het tekstveld kun je een vaste tekst invoeren die voor elk object zal worden getoond. Je kunt in deze tekst variabelen voor de objectattributen (velden) invoegen door uit de lijst een attribuut te selecteren en vervolgens op Waarde te drukken. Wanneer je informatie opvraagt zullen voor deze variabelen de objectspecifieke gegevens worden ingevuld.
- Configureer de aanwijsinformatie bij Feature-info on-hover. Het volgende voorbeeld toont hoe je de aanwijsinformatie in het tekstveld met de keuzelijst kunt configureren:
- Klik op Opslaan.