Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.
Comment: issue 374 gekoppeld - copyright 2019


Background Color
color#0a0050
id1



Background Color
color#0fb464



Excerpt

Feature-info is informatie over een bepaald object (of fenomeen) van een kaartlaag die je kunt opvragen door op de kaart het object te selecteren, bijvoorbeeld door het aan te klikken. Op tabblad Feature-info van pagina Kaartlaag kun je de feature-info configureren. Je bepaalt daar welke informatie over de laag in de kaartviewer opgevraagd kan worden en op welke manier deze informatie wordt gepresenteerd. 


De objecteigenschappen die zijn vastgelegd in een kaartlaag worden de velden van een kaartlaag genoemd. Op tabblad Feature-info geef je aan welke eigenschappen je van de laag kunt opvragen door deze in een template van de feature-info op te nemen. In dit template bepaal je ook op welke manier je ze presenteert. De objecteigenschappen (veldwaarden) worden in de template vertegenwoordigd door veldvariabelen. De veldvariabelen worden bij het opvragen van de feature-info in de kaartviewer vervangen door de eigenschappen die voor het geselecteerde object van toepassing zijn.

Info

De teksteditor van de template (de Editor) toont de veldvariabelen als blauwe blokken met daarin de naam van het veld. In de broncode van de template worden de veldvariabelen aangeduid met <%= veldnaam %>.

Configureren van de feature-info

Je kunt op de volgende manier de feature-info van een kaartlaag configureren:

  1. Open vanuit het lagenoverzicht op pagina Kaartlagen met de knop Bewerken de gewenste kaartlaag. Alle instellingen van de laag verschijnen op de tabbladen van pagina Kaartlaag. Achter de titel van de pagina wordt de naam van de huidige kaartlaag vermeld. Zie onderdeel Kaartlagen - beheren.

  2. Selecteer tabblad Feature-info.

  3. Vink selectievakje Toon feature-info aan. Hiermee schakel je de feature-info van de laag in. 

    Info

    Als je deze optie selecteert, verschijnt de feature-info in het paneel Feature-info op de linker- of rechterzijbalk van de kaart indien de kaart daarvoor is geconfigureerd (zie onderdeel Kaarten - presentatie). De feature-info kan ook in een popu-venster verschijnen. Als de optie niet is geselecteerd, verschijnt er voor de laag geen feature-info in een paneel of popup-venster. Paneel Feature-info kan dan nog wel van andere lagen een feature-info weergeven.


  4. Selecteer bij Weergavemodus of je de feature-info van deze laag wilt tonen op een zijbalk (in paneel Feature-info) of in een popup-venster. Optie Zijbalk is standaard geselecteerd.

  5. Stel een template voor de feature-info samen in de editor onder Template:
    1. Type een vaste HTML-tekst in de editor. Je kunt in de tekst ook hyperlinks en afbeeldingen opnemen. Zie ook onderdeel HTML-editor.
    2. Voeg in de tekst de veldvariabele in door de muiscursor op de juiste plek te plaatsen en de gewenste veldnaam uit de keuzelijst bij Veld toevoegen te selecteren. De veldvariabelen worden in het template als blauwe blokken weergegeven en bij het opvragen van de feature-info in de WGP Viewer vervangen door de veldwaarden die voor het betreffende object van toepassing zijn. 

      Note
      titleAttentie!

      Wanneer je de editor van de template van de feature-info verlaat zonder de template op te slaan, verschijnt er een waarschuwing dat de wijzigingen verloren dreigen te gaan. Deze waarschuwing verschijnt echter niet wanneer je de editor verlaat door direct op een koppeling te klikken (bijvoorbeeld op de koppeling van een ander tabblad).


      Expand
      titleVoorbeeld configuratie feature-info ...

      Het volgende voorbeeld toont de ingevulde configuratie van de feature-info van laag Archeologische monumenten:

      In WGP Viewer levert deze configuratie het volgende resultaat op:


  6. Sla de configuratie van de feature-info op (knop Opslaan). 


Page Properties
hiddentrue
iduser_doc


Versie WGP

v5.0.0-beta.1

Build186-g71a7fbf


Related issues

verwijderd: Bij een rasterlaag kun je informatie opvragen door een bepaalde locatie aan te klikken (on-click feature-info). Bij een vectorlaag klik je voor informatie een kaartobject aan (on-click feature-info) of wijs je het object aan met de muis (on-hover feature-info). 


Je kunt over de objecten van een kaartlaag, zoals bomen, percelen, waterwegen of wat de laag ook uitbeeldt, informatie opvragen door op de kaart deze objecten te selecteren, bijvoorbeeld door ze aan te klikken of aan te raken. De objecten die in een kaartlaag worden weergegeven worden features genoemd en de informatie over de objecten feature-info. In WGP Beheer biedt tabblad Feature-info van pagina Kaartlaag de mogelijkheid om deze informatie te configureren. Je bepaalt hier wanneer welke objecteigenschappen worden getoond en op welke manier de informatie wordt gepresenteerd.

Soorten feature-info

Er zijn verschillende manieren waarop je over een locatie of object van een kaartlaag informatie kunt opvragen:

  • Rasterlagen (kaartservice WMS)
    Een rasterlaag bestaat uit een afbeeldingsbestand. Je kunt van zo'n laag feature-info opvragen door op de laag een locatie aan te klikken. WGP stuurt daarop de coördinaten van het aangeklikte punt naar de kaartserver. De kaartserver zoekt op welke gegevens er in die laag op die locatie bevinden en stuurt deze weer naar WGP. In de WGP-kaart verschijnt vervolgens informatie over de aangeklikte locatie in een venster of een paneel. Wanneer er op de locatie meerdere kaartobjecten bevinden, krijg je voor elk afzonderlijk object feature-info. 

    Info

    Voor achtergrondkaartlagen en getegelde kaartlagen (kaartservices WMTS, TMS of XYZ) is geen feature-info beschikbaar.


  • Vectorlagen  (kaartservice WFS, WFST)
    Een vectorlaag bestaat uit een verzameling kaartobjecten (features), die elk een geometrie, een locatie en een weergavestijl bezitten. Je kunt van zo'n laag feature-info opvragen door van die laag een of meer objecten te selecteren. WGP stuurt de geselecteerde objecten naar de kaartserver. Die verzamelt de informatie over deze objecten en stuurt de gegevens weer terug naar WGP. Het selecteren van de kaartobjecten kan op verschillende manieren plaatsvinden:
    • Het object selecteren door het aan te wijzen met de muis. De feature-info over het object verschijnt in een tekstballon.
    • Het object selecteren door het aan te klikken met de muis. De feature-info over het object verschijnt in een venster of een paneel.
    • Meerdere objecten selecteren door ze aan te klikken, door er met de muis een rechthoek omheen te tekenen of door een filter of zoekopdracht te gebruiken. De informatie over de geselecteerde objecten verschijnt in een venster, een paneel of een tabel.

Wanneer je in de informatie-modus van de viewer zit, kun je de feature-info opvragen door op de kaart de locatie of het object te selecteren, bijvoorbeeld door er op te klikken.


 : ik heb het veld Weergavemodus en de waarschuwing over het verlaten van de editor toegevoegd. Waarschuwing > 

Jira Legacy
serverSystem JIRA
serverId62efed92-443f-34ca-9285-b558f8223ac7
keyHLWGP-374



Expand
titleLocatie van de pagina in de handleiding ...

Page Tree
expandCollapseAlltrue
rootHandleiding WGP Onemap Beheer - versie 5.0
searchBoxtrue


 


Expand
titleMetadata ...


Datum

 


Door
Status

Status
subtletrue
colourRed
titleconcept

Release

WGP 5.0



Copyright

2018 2019 - Nieuwland Geo-Informatie