Je kunt werkbalk Schetsen ook gebruiken om op de kaart een pijl of een afstandslijn te zetten. Een afstandslijn is een dubbele pijl met daarnaast de lengte van de pijl vermeld. De lengte wordt uitgedrukt in de eenheid van het betreffende coördinatenstelsel.
Voor het tekenen van pijlen of afstandslijnen gebruik je de volgende knoppen:
| Teken een pijl op de kaart. |
| Teken een afstandslijn op de kaart. |
Je sluit een geselecteerde 'tekenmodus' (voor pijlen of afstandslijnen) af door een andere knop te selecteren.
Op de volgende manier teken je een pijl en een afstandslijn:
- Controleer of voor de kaart de werkbalk Schetsen beschikbaar is.
- Druk op de knop Pijl schetsen.
- Klik op het begin van de pijl.
- Klik op de tussenpunten van de pijl.
- Dubbelklik op het eind van de pijl. De pijlpunt verschijnt aan het einde van de pijl. Hieronder zie je een voorbeeld van een dergelijke pijl:
- Plaats nu een afstandslijn. Klik op de knop Afstandslijn schetsen.
- Klik op het begin van de lijn en dubbelklik op het einde van de lijn. Een lijn met twee pijlkoppen verschijnt op de kaart met daarnaast de lengte van de pijl uitgedrukt in de eenheid van het coördinatenstelsel van de kaart (in dit geval meters):
Naderhand kun je het label met de afstand nog verplaatsen met behulp van de knop Schets bewerken.
Page Properties | ||
---|---|---|
| ||
Deze pagina is een kind van pagina Tekenen op de kaart (schetsen) en onderdeel van Handleiding WGP Viewer versie 4.x. |