Je gebruikt de knoppen op werkbalk Schetsen in de WGP Viewer voor het tekenen van transparante geometrieën op de kaart, om onder meer belangrijke fenomenen of objecten te markeren. Je kunt bijvoorbeeld een locatie voor een congres met een punt markeren, een te volgen route met een lijn of een gebied waar orchideeën voorkomen met een vlak. Maar je kunt ook objecten toevoegen die nog op de kaart ontbreken. De punten, lijnen en vlakken waarmee je de tekening maakt zijn transparant zodat je de kaart er onder nog kunt zien.
Je tekent de geometrieën met een van de volgende knoppen:
| Voor het tekenen van punten. |
| Voor het tekenen van lijnen. |
| Voor het tekenen van vlakken. |
Je sluit een geselecteerde 'tekenmodus' (voor punten, lijnen of vlakken) af door een andere knop te selecteren.
Om een tekening op de kaart te maken voer je de volgende stappen uit:
- Controleer of voor de kaart de werkbalk Schetsen beschikbaar is.
- Selecteer een van de drie tekenknoppen. Kies de knop die je nodig hebt.
- Klik op de kaart om punten, lijnen of vlakken te tekenen:
- Klik één keer om een punt te zetten.
- Teken een lijn of een vlak door meerdere punten te zetten. Sluit het tekenen van de lijn of het vlak af door te dubbelklikken.
Op de volgende kaart zijn op deze manier enkele punten, lijnen en vlakken getekend:
Anchor
| Page Properties | ||
|---|---|---|
| ||
Deze pagina is een kind van pagina Tekenen op de kaart (schetsen) en onderdeel van Handleiding WGP Viewer versie 4.x. |